Vertrek-protocol

  1. Controleer de bandendruk van de caravanbanden (vergeet het reservewiel niet!)
    Controleer de bandendruk van de autobanden � verhoog de druk als dit voor het trekken van een caravan wordt geadviseerd.
  2. Controleer of de wielbouten vastzitten � dit zou met een momentsleutel moeten gebeuren en het juiste moment staat in de handleiding van de caravan. Maar stevig vastzetten met een wielsleutel voldoet ook.
  3. Draai de gaskraan dicht en zorg dat de gasfles goed vaststaat.
  4. Maak de watertank leeg, vooral als die achter de as staat.
    Het wordt afgeraden om met geheel gevulde tanks te rijden.
    Water voor onderweg neem je bij voorkeur in een kleine kan in de auto mee.
  5. Controleer de kogeldruk.
    Op de trekhaak staat de maximaal toegestane kogeldruk aangegeven.
    Over de ideale druk verschillen de meningen, maar een hoge kogeldruk verbetert meestal de wegligging van de combinatie.
  6. Zet losse delen in de caravan vast, sluit de ramen en dakluiken.
    Blokkeer de koelkastdeur en sluit andere deurtjes en laden.
  7. Schakel de stroomvoorziening naar 12V.
  8. Als de binnenkant van de caravan klaar is, kan hij worden aangekoppeld.
    Zorg dat de handrem volledig is aangetrokken (blokkeer de wielen als de caravan op een helling staat), draai en steunen in, berg de zwengel en het opstapje op.
    Sluit de deur.
  9. Koppel de caravan aan de auto en controleer of de koppeling goed vastzit.
    Eventueel kun je dit controleren door het neuswiel uit te draaien: de auto moet dan iets omhoog komen.
  10. Draai het neuswiel volledig in en vergrendel het in de hoogste stand.
    Richt zo mogelijk het neuswiel zo, dat, mocht het de grond ooit raken, het vrij mee kan rollen in de rijrichting.
    Wees bij het gebruik van een stabilisatorkoppeling er zeker van dat deze goed is vergrendeld.
    Zie hiervoor de handleiding van de stabilisatorkoppeling.
  11. Bevestig de noodremkabel, bij voorkeur gelust en goed gezekerd.
  12. Sluit de stroomkabel aan en zorg dat er voldoende lengte is om bochten te kunnen nemen, maar zo lang niet dat de kabel over de grond gaat.
  13. Controleer de verlichting van auto en caravan
  14. Zet de handrem van de caravan volledig los.
  15. Stel de normale en extra spiegels af, zodat je voldoende zicht naar achteren hebt.
  16. Loop rond de combinatie voor een laatste controle: is alles opgeborgen? � trekhaak dop, opstapje, zwengel etc.
    Wijst de caravan met zijn neus een beetje naar beneden?

    17. JE KUNT NU GAAN RIJDEN, MAAR STOP NA 20 MINUTEN
  17. Loop rond de caravan en kijk of alle ramen en dakluiken dicht zijn.
  18. Voel of de velgen niet te heet zijn.
    Zo ja dan komt de handrem niet helemaal los.
  19. Kijk ook even in de caravan of alles nog op zijn plaats ligt.

Goede reis en rij voorzichtig

Aankomst-protocol

  1. Meld je bij de receptie.
    Daar zal men je de plaats voor je caravan aanwijzen.
    Informeer naar de stroomaansluiting.
    Geef aan als je speciale wensen hebt vanwege invaliditeit o.i.d.
    Heb je kortingsbonnen of iets dergelijks, meld dat dan ook bij aankomst.
    Mocht je later komen dan je bij de reservering hebt aangegeven, geef dit aan de camping door.
  2. Rij de combinatie naar de aangewezen plaats.
    Terwijl de auto nog is aangekoppeld controleer je met een waterpas of de caravan over de as vlak staat.
    Je kunt een wig gebruiken om het laagste wiel hoger te krijgen door de caravan er langzaam achteruit op te duwen.
  3. Zorg ervoor dat de veer van het remmechanisme in de koppeling geheel ontspannen (niet ingedrukt) is, ter voorkoming van schade aan de bumper.
    Trek de handrem van de caravan volledig aan en blokkeer eventueel de wielen (als de caravan op een helling staat)
  4. Maak de noodremkabel los en ontkoppel de 12V-verbinding.
    Maak de klem van het neuswiel los en laat het wieltje tot bijna op de grond zakken en maak de klem weer stevig vast.
    Leg er bij een zachte ondergrond een plankje onder.
    Ontgrendel de koppeling en draai het neuswiel omlaag tot de caravan los komt van de trekhaak.
  5. Zet de auto weg en verwijder de caravanspiegels.
    Plaats de trekhaakdop terug op de trekhaak.
  6. Stel de caravan eerst in dwarsrichting horizontaal, een waterpasje is een handig hulpmiddel.
    Stel vervolgens de caravan in lengterichting horizontaal door het neuswiel in of uit te draaien.
    Draai eerst de achterste uitdraaisteunen uit (bij zachte grond: plankje eronder) en vervolgens de voorste. Let hierbij dat de caravan horizontaal blijft.
  7. Plaats het opstapje voor de deur en schakel in de caravan de stroomvoorziening naar 230V.
  8. Sluit de caravan op het stroomnet aan.
  9. Draai de gaskraan open. Schakel de ijskast naar gas of elektriciteit.
  10. Vul de waterkan en zorg dat het pompje laag genoeg in de kan zit.
  11. Plaats de vuilwatertank onder de caravan.
  12. Vul het waterreservoir van de toilet.
    Vul ook (indien aanwezig) de boiler door water te laten lopen totdat er geen lucht meer meekomt.
  13. Je kunt nu de voortent of luifel op gaan zetten.
  14. En dan is het tijd voor:

Een koud pilsje of een lekker glaasje wijn.

Bron: Sites Directory & Handbook 2001-02, The Caravan Club; vertaling en aanpassing: Christ v d Ven :-)

Meer tips